Vestingstadjes wandelroute Grave-Ravenstein
In Noord-Oost Brabant liggen, niet ver van elkaar, aan de Maas de twee oude vestingstadjes Ravenstein en Grave. Beide danken hun ontstaan aan een adellijk kasteel en hebben hun militaire functie al lang verloren. Maar zowel in Grave als in Ravenstein zijn de vestingwerken nog goed te herkennen, en kun je in het centrum de historie bijna voelen.
Deze wandeling neemt je mee door Grave en door Ravenstein en door het open rivierpolderlandschap met kleine dorpjes daartussenin.
In Grave start je bij het busstation (aan de lijn Den Bosch-Nijmegen, ook bereikbaar vanaf Oss CS); je eindigt bij NS station Ravenstein. De lengte van de route bedraagt 16 km, en voert langs de bekende wandelknooppunten. Een deel van de route, langs de Hertogswetering, is onverhard, en na regen mogelijk drassig.
Voor de dienstregeling van de bus, zie 9292.nl. Voor de treindienstregeling, zie ns.nl.
Dit ga je zien
Startpunt
Arnoud van Gelderweg 71a
5361 CV Grave
Navigeer naar startpunt
St. Antonius Abt kerk te Overlangel
Kerkstraat 205371 PW Overlangel
St. Antonius Abt kerk te Overlangel
St. Antonius Abt kerk te Overlangel
Kerkstraat 20
5371 PW Overlangel
Nederlands Hervormde Kerk (Garnizoenskerk)
Servetstraat 15371 AD Ravenstein
Nederlands Hervormde Kerk (Garnizoenskerk)
Nederlands Hervormde Kerk (Garnizoenskerk)
Servetstraat 1
5371 AD Ravenstein
Philips van Kleefbolwerck
Philips van Kleefbolwerckvan Coothweg 1
5371 AB Ravenstein
Philips van Kleefbolwerck
Philips van Kleefbolwerck
Philips van Kleefbolwerck
van Coothweg 1
5371 AB Ravenstein
Keent
KeentRavenstein
5371 AD RavensteinSt. Luciakerk
St. Luciastraat 35371 AS Ravenstein
Eindpunt
Stationsstraat
Ravenstein
Navigeer naar eindpunt
Beschrijving
Start beschrijving: Busstation Grave, Arnoud van Gelderweg (nabij gemeentehuis).
Grave maakte vroeger deel uit van het Land van Cuijk; rond 1140 bouwde Herman van Cuijk hier een kasteel. In 1233 kreeg Grave stadsrechten. Het strategisch gelegen stadje wisselde tijdens de Tachtigjarige Oorlog enige malen van bezetter; na afloop (1648) kwam het bij de Republiek der Verenigde Nederlanden. Na het Franse beleg van 1672 werden de vestingwerken belangrijk uitgebreid. In 1794 werd Grave weer door de Fransen bezet; in 1814 werd het bevrijd. De vesting (met in vredestijd een garnizoen van 300 man) werd in 1876 opgeheven, maar de wallen en grachten zijn nog duidelijk terug te vinden in het stratenpatroon. In 1533 werd Anna van Buren, de eerste echtgenote van Willem van Oranje, in Grave geboren.
Bij vele generaties lagereschoolkinderen was Grave vooral bekend wegens het Blindeninstituut (1859, vanaf 1882 ook een voor meisjes). In de jaren 50 werd het instituut gemengd; het bestaat nog steeds, al is de nadruk op de functie als internaat sterk verminderd.
Het stadje Grave heeft vele schilderachtige gebouwen en telt alleen al binnen de oude omwalling meer dan 120 Rijksmonumenten. Neem dus vooral de tijd om rond te kijken!
Aan één kant van het busstation zie je een grote kruising met stoplichten. Steek hier de drukke tweebaansweg over, Henri Dunantsingel. Neem aan de overkant (knooppunt 80) de eerste weg links, G.W. Lovendaalsingel.
De vesting Grave had de vorm van een vijfhoek met één zijde naar de Maas. Op de hoeken waren bastions aangebracht, vijfhoekige uitbouwsels die zó waren aangelegd dat de verdedigers vóór de zijden langs konden schieten en er dus geen dode hoek was waarin een vijand kon schuilen. Het geheel was omgeven door een dubbele gracht; je loopt hier over de vroegere bedekte weg (alleen aan de kant van de vijand met een borstwering beschermd) tussen de hoofd- en de buitengracht.
Steek aan het eind (knooppunt 20) voorzichtig de weg over en ga aan de overkant (knooppunt 21) linksaf, voetpad langs fietspad langs de Elftweg. Steek de zijweg over en ga even verderop rechtsaf, tegelpad langs huizen. Houd links aan langs de ‘dijk’. Volg deze met de bocht mee; aan het eind scherp rechtsaf en naar boven (trap of helling); je belandt op het ‘dak’ van de kazematten.
Op deze plek stond ooit het kasteel van Grave. Dit werd bij het beleg van 1674 zwaar beschadigd en in 1688 gesloopt. De vestingbouwkundige Menno van Coehoorn bouwde hier een ‘kat’, een aarden verhoging waar bovenop geschut kon worden geplaatst. De opslaggebouwen ernaast staan bekend als ‘het Arsenaal’. Na het opheffen van de vesting werd het complex de Rijks Psychiatrische Inrichting; deze vertrok in 1973. Interieurontwerper Jan des Bouvrie heeft hier vervolgens enige tijd een woon- en designcentrum gehad; momenteel (2021) is het Arsenaal op zoek naar een nieuwe functie. Zie ook het informatiepaneel.
Volg het pad; links achterin verlaat je het Arsenaal en komt via een trap uit op straat. Houd links aan, St. Elisabethstraat.
Aan de overzijde van de weg ligt de Hampoort uit 1688, opgetrokken in Hollands-classicistische stijl. In geval van nood bood het onderdak aan twee bataljons voetvolk. Bij de ontmanteling van de vesting werd het gebouw gelukkig gespaard; het is nu een Rijksmonument en herbergt het Graafs Museum.
Vlak voorbij de Hampoort sla je linksaf, Hamstraat; vervolgens op de kruising rechts, Gasthuisstraat. Deze komt met een bocht uit op een T-kruising; ga hier links, Brugstraat. Ga vervolgens niet direct rechtsaf maar neem de tweede straat rechts(bij knooppunt 22), Rogstraat. Vlak vóór de markt is er links een smal steegje (Lomberdstraat); ga hier linksaf, door het poortje. Je komt uit op een pleintje, ga hier rechtsaf, Scheerestraat, om op de Markt te komen; ga op de Markt rechtsaf.
Op en om de markt staan vele bezienswaardige gebouwen. Direct links op de hoek van de Scheerestraat het voormalig stadhuis (1615, gerestaureerd naar de situatie van 1730). Op de begane grond het Toeristisch informatiecentrum. Hier is tevens informatie te krijgen over de Zuidwaterlinie, een Nederlandse verdedigingslinie die dienst deed van ca 1680 tot (deels) 1952, en die liep van Grave tot in Zeeuws-Vlaanderen. Aan de overzijde van de Markt de St. Elisabethskerk. Oorspronkelijk uit ca. 1250 werd deze na een grote brand rond 1450 herbouwd, en werd de grootste kruiskerk in het huidige Nederland. Diverse belegeringen (1602, 1674, 1794) echter deden een deel van het middenschip instorten, en het inmiddels armlastige Grave kon het geld voor de herbouw niet opbrengen. Wat resteert is dus een ‘halve’ kerk (zonder toren, wegens blikseminslag in 1874); wel kun je er een fraai altaar in Vlaamse barokstijl bewonderen, en een monument voor Arnoud van Gelre (diens praalgraf werd in 1794 helaas verwoest).
Verlaat de markt door het nauwe straatje (Korte Rogstraat) tegenover de monumentale pomp uit 1798. Aan het eind linksaf, Oliestraat. Deze komt met een bocht uit op de Maaskade; houd hier (knooppunt 23) links aan.
Op het rondeel staan twee oorspronkelijk Franse kanonnen, de Intriguant en de Partisan.
De Maas was (en is) een regenrivier met een sterk variërende hoeveelheid water. De vele bochten waren ook niet bevorderlijk voor een goede waterafvoer, en omdat de Maas in feite een zijrivier was van de Waal (waarmee ze bij Gorinchem samenvloeide; tot de 18e eeuw was er ook bij Rossum een open verbinding) was ook daar een snelle doorstroom lastig. Als gevolg daarvan dreigde in de winter altijd het gevaar van dijkdoorbraken. Het werd in dit soort situaties beter geacht het rivierwater opzettelijk over de lage gronden van Noordoost Brabant te laten lopen (hieraan werd de voorkeur gegeven boven overstromingen in Gelderland en Holland). Daartoe was hier, tussen Gassel en Linden, expres een stuk dijk lager gehouden: de Beerse Overlaat, naar het nabij gelegen dorp Beers.
Bij hoge rivierstand liep het water dan langs Linden (iets hoger gelegen op een rivierduin) en rond de dorpen Gassel en Escharen (die met een eigen dijk een eilandje vormden); vervolgens langs Grave (waar de waterbarrière een rol speelde bij het versterken van de vesting), tussen Ravenstein en Herpen door, om dan vanaf Oss de grootste breedte (tot ruim vier kilometer) te bereiken. Bij ’s-Hertogenbosch vloeide het water weer in de Maas.
De overlast die dit systeem veroorzaakte in dit gebied dat als ‘Beerse Maas’ bekend stond was enorm. Het graven van de Bergse Maas tussen Heusen en Geertruidenberg (1888 - 1904) bracht al verbetering, maar pas de Maaswerken van de jaren twintig en dertig (bochtafsnijdingen en de aanleg van stuwen) brachten veiligheid èn bevaarbaarheid op het gewenste niveau. In 1942 kon de Beerse Overlaat worden gesloten.
Zolang de overlaat echter functioneerde gaven deze twee kanonnen het sein dat de Maas ‘om’ was (dus binnendijks ging stromen).
Even verderop een samenkomst van straten; neem hier de straat die schuin links vooruit loopt, Ruyterstraat. Direct verderop is rechts een parkeerterreintje; ga hier rechts en direct links, en loop achter het gebouw met de dubbele nok langs. Halverwege gaat rechts een trap naar boven; hierlangs kom je bovenop het voormalige halfbastion Bekaf. Volg de bocht naar links. Loop aan het einde rechtdoor langs de haven (Havenstraat) en sla voorbij de haven rechtsaf, Koninginnedijk. Volg deze rechtdoor tot de brug.
De brug over de Maas is gebouwd in de jaren 1927-9, tegelijk met de sluis en de stuw. De constructie is bijzonder: de schuiven van de stuw hangen rechtstreeks aan de brug. In 1944, tijdens Operatie Market Garden, werd de brug met verrassend weinig moeite veroverd door een kordate actie van de Amerikaanse luitenant J.S. Thompson (1917-1988 - na de oorlog maakte hij nog naam als honkballer). Ter nagedachtenis werd de brug in 2004 naar hem vernoemd. Zie ook het informatiepaneel.
Sla rechtsaf, maak de bocht onder de brug door en ga bovenaan weer rechtsaf. Steek langs het gemaal het water over.
Het gemaal van Sasse, in 1929 in gebruik gesteld, was het eerste electrische gemaal in de regio en diende om het water van het riviertje De Raam te kunnen lozen op de Maas. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog vormde het riviertje een onderdeel van een Nederlandse verdedigingslinie, de Peel-Raamstelling. Hieraan herinneren de twee kazematten die de strategische Maasbrug moesten verdedigen.
Houd (knooppunt 71) voorbij het gemaal rechts aan, Mars en Wijthdijk. Volg deze tot de tweede boerderij en sla hier op de kruising (knooppunt 70) linksaf, Marsstraat. Houd op de eerste splitsing links aan en ga bij de volgende splitsing rechtsaf, Overlaat.
Je bent inmiddels een oude grens gepasseerd en loopt nu door het Land van Ravenstein. Voor de geschiedenis, zie verderop bij het stadje Ravenstein; de daar genoemde godsdienstvrijheid zorgde ervoor dat hier in de 17e en 18e eeuw katholieke kloosters vrijelijk konden bestaan. Het klooster Emmaüs, rechts van de weg, werd gesticht in 1629 na de inname van ’s-Hertogenbosch, toen de Capucijner monniken daar werden verdreven. In 1718 werd een nieuw klooster gebouwd, en in 1732 een nieuwe kerk met barokinterieur ingewijd. Na 350 jaar kloosterleven werd het in 1979 gesloten en omgevormd tot bezinningshuis. De oudste, tufstenen gedeeltes van kerkje St. Vincentius aan de linkerkant van de route dateren uit de 12e, misschien wel uit de 10e eeuw. In 1674 (beleg van Grave) beschadigd werd het daarna in de huidige vorm herbouwd; in 1937 werd in het dorp Velp een nieuwe, grotere kerk gebouwd en verloor de St. Vincentius zijn functie. Nu wordt het gebruikt voor concerten en exposities.
Houd op de volgende splitsing rechts aan, Bronkhorstweg, verderop Pannestaartweg. Vlak voor de brug, bij knooppunt 61, gaat een pad linksaf (klaphekje) Volg dit pad langs het water.
Het water langs het pad maakt deel uit van de Hertogswetering. Dit afwateringskanaal werd aan het begin van de 14e eeuw aangelegd, op instructie van graaf Jan III van Brabant. Het bestond deels uit oude stroomgeulen van de Maas, deels uit gegraven gedeeltes (de eigenlijke weteringen). De Hertogswetering loopt van Grave tot Gewande (bij Den Bosch); de Beerse maas volgde later (uiteraard) hetzelfde traject.
Het pad komt uit op een halfverharde weg, Lootsteeg. Blijf deze volgen langs het water; houd op de splitsing rechts aan. Steek even verderop over en vervolg het onverharde pad op de rechteroever. Uiteindelijk kom je met een bocht terug op de weg; sla hier (knooppunt 12) rechtsaf, De Steeg. Deze brengt je bovenop de dijk, ga hier (knooppunt 59) links, Oude Maasdijk.
Rechts langs de dijk zie je de oude Maasarm. In de jaren 30 werd de bocht bij Keent afgesneden. De oude Maasarm verzandde maar werd in het begin van de 21e eeuw weer opengegraven in het kader van natuurontwikkeling. In en om het water kun je vaak een rijk vogelleven zien; aan de overkant, in begrazingsgebied Keent, loopt een kudde Tauros runderen. Deze zijn uit oude runderrassen teruggefokt om, althans in uiterlijk, de uitgestorven oeros te benaderen.
Waar de dijk rechtsaf buigt houd je links aan, Oude Graafsestraat, en loopt Overlangel binnen. Neem (bij knooppunt 38) de eerste straat rechts, Kerkstraat. Volg deze rechtdoor voorbij knooppunt 37 en 36.
Rechts zie je de Kerk St. Antonius Abt, genoemd naar de H Antonius van Egypte (251-356). Deze kerk uit 1854-5 (WJ van Vogelpoel) bezit een zeer bijzondere opengewerkt torenspits van gietijzer.
De straat maakt een ruime bocht naar rechts, en je komt op een splitsing; ga hier linksaf, Kromstraat, verderop Loonsestraat Volg deze ruim een km rechtuit, de straat maakt een bocht naar links. Houd op de volgende splitsing (knooppunt 52) rechts aan, Loonsestraat, en neem (bij knooppunt 51) de eerste weg links, Staaijstraat. Deze komt (knooppunt 78) uit op de Maasdijk, houd dezelfde richting aan. Blijf ook voorbij de verkeersbrug en bij knooppunt 77 de dijk volgen.
In 1360 bouwde Walraven van Valkenburg een kasteel aan de Maas om (tot ongenoegen van de hertog van Brabant) tol te heffen over het rivierverkeer; rondom dit kasteel ontstond het plaatsje Ravenstein (stadsrechten 1380). In 1399 kwam het stadje (en het omliggende Land van Ravenstein) in het bezit van de hertogen van Kleef; tegen het eind van de Tachtigjarige Oorlog werd het gebied, na de nodige verwikkelingen, tenslotte toegewezen aan de Duitse vorsten van het huis Pfalz-Neuburg. Het Land van Ravenstein maakte geen deel uit van de Republiek der Verenigde Nederlanden, zodat de katholieke godsdienst er bleef toegestaan. Wel was er een Staats garnizoen in Ravenstein gelegerd. Dit garnizoen werd in 1672 teruggetrokken bij de inval van het Franse leger, dat vervolgens de vestingwerken liet slopen. In 1800, na een volgende Franse inval, werd het Land van Ravenstein verkocht aan de Bataafse Republiek, en in 1814 kwam het gebied definitief bij Nederland.
Ook Ravenstein telt in het oude centrum vele Rijksmonumenten (meer dan 75); ook hier valt dus volop te bekijken. Onder deze monumenten helaas niet Van Walravens kasteel, dat in 1818 werd afgebroken; hiervan resteert nog slechts de Kasteelsepoort.
Ongeveer waar rechts de veerweg uitkomt op de Maasdijk ligt links van de dijk het restant van een hoornwerk: een extra versterking buiten de eigenlijke vesting, aan ’s vijands zijde voorzien van twee halve bastions. Ravenstein had zowel stroomop- als stroomafwaarts langs de rivier zo’n hoornwerk, om de toegang over de Maasdijk te verdedigen.
Vlak voor het rondeel met kanon ga je linksaf via de trap; je komt uit op een parkeerplaats. Loop rechtdoor en neem verderop het voetpad met het water (de voormalige vestinggracht) aan je linkerhand. Het voetpad maakt een bocht naar rechts en komt uit op de straat (Walstraat). Loop hier rechtdoor (Mosterdstraat); het straatje maakt een bocht naar rechts, neem direct het steegje linksaf, Winkelstraat. Je komt uit op een pleintje; ga hier rechts (Nieuwstraat) en even verderop, voor het Kerkgebouw, linksaf.
De kerk op de hoek is de Garnizoenskerk, in 1641 gebouwd voor de protestantse soldaten van het Nederlandse detachement dat 1622-1672 in Ravenstein was gelegerd. Het moet een van de eerste als zodanig gebouwde protestantse kerken in Brabant zijn geweest.
Door een nauw straatje kom je (bij knooppunt 81) op de Markt.
Aan de Markt staan vele van de monumentale huizen die Ravenstein rijk is. Blikvanger is echter de St. Luciakerk uit 1735, in sobere Duitse barokstijl. Het wapen van de graven van Pfalz-Neuburg is nog op de gevel te zien. Deze kerk werd betaald uit de opbrengsten van de Ravensteinse Loterij. Op het pleintje vóór de kerk de stadspomp (4e kwart 19e eeuw), ertegenover staat een laat-18e-eeuws patriciërshuis, later gemeentehuis van Ravenstein, en waarin je nu het Toeristisch informatiecentrum kunt vinden; en in het gebouw links daarvan was tot 1878 de Latijnse School gevestigd (sinds 1752, oorspronkelijk voor de opleiding van priesters).
Loop rechtdoor, St. Luciastraat. Ga onder de Kasteelsepoort door en sla aan het eind (knooppunt 73) linksaf, van Coothweg. Blijf deze weg (verderop fietspad) volgen.
In de tuin rechts trof de eigenaar in 1987 een bakstenen constructie aan. Aanvankelijk had de gemeente weinig belangstelling, maar vanaf 2012 werd de opgraving serieus ter hand genomen. Uiteindelijk werd een vroeg-16e-eeuws bastion blootgelegd, een aanpassing aan de (toen) nieuwe oorlogvoering met buskruit. Naar de toenmalige heer van Ravenstein werd dit het Philips van Kleef-Bolwerck gedoopt. Verderop passeert het pad een (bijna) eilandje in de oude vestinggracht: een voormalige ravelijn (uit de 17e-eeuwse vesting), een driehoekig eilandje gelegen vóór de vestingmuur om die tegen directe beschieting te beschermen.
Je passeert een monumentale poort; sla linksaf, je komt weer op de straat. Sla hier (knooppunt 68) rechtsaf, Stationsstraat. Volg de bocht langs het spoor; bij knooppunt 43 ligt station Ravenstein.
Horeca onderweg: Het centrum van zowel Grave als Ravenstein is zeer ruim voorzien. Daartussenin is weinig horeca, neem dus eventueel zelf iets te drinken mee. Openingstijden kunnen variëren.